Gomarus: wel schuldig, niet vervolgd
Het gerechtshof Den Haag heeft op 28 september 2022 het beklag van enkele oud-leerlingen van de school en van COC Nederland over het niet vervolgen van de Gomarus Scholengemeenschap afgewezen. De Gomarus dwong leerlingen om tegenover hun ouders uit de kast te komen. Volgens een lesmethode die de school gebruikte is het praktiseren van homoseksualiteit ‘een zonde tegen de natuur’ en ‘een gruwel in de ogen van God’. Klagers hadden aangifte gedaan van discriminatie tegen homoseksuele leerlingen en homoseksuele personeelsleden op de school in de periode 2016-2021. Ook was aangifte gedaan van wederrechtelijke vrijheidsberoving en dwang, gepleegd in oktober 2016.
Naar het oordeel van het Haagse hof zijn er voldoende aanwijzingen dat de Gomarus zich schuldig heeft gemaakt aan discriminatie van homoseksuele leerlingen en personeelsleden en dat sprake was van strafbare dwang tegen één leerling. Deze leerling werd gedwongen aanwezig te blijven bij een gesprek met haar op school waar ook tegen haar wil haar ouders bij waren geroepen.
Toch hoeft het OM de (bestuursleden en medewerkers van) Gomarus niet te vervolgen. De feiten hebben zich voorgedaan in de periode 2016-2017, er hebben zich sindsdien geen nieuwe incidenten voorgedaan en de school heeft haar beleid aangepast, aldus het hof.
De oud-leerlingen en het COC zijn weliswaar teleurgesteld, maar vinden het positief dat het Hof bevestigt dat de Gomarusschool strafbare feiten heeft gepleegd: dwang en discriminatie. De school had dat eerder op haar website ontkend.